Video-instellingen
Selecteer
Menu
>
Media
>
Camera
.
Als u de video-instellingen wilt wijzigen, selecteert u
Opties
>
Instellingen
en maakt
u een keuze uit de volgende opties:
Videokwaliteit — De kwaliteit van de videoclip instellen. Selecteer
Delen
als u de
videoclip wilt verzenden in een multimediabericht. De clip wordt opgenomen in de OCIF-
resolutie, in de bestandsindeling 3GPP, zodat de grootte wordt beperkt tot 300 kb
(ongeveer 20 seconden). Videoclips die als MPEG-4-bestand zijn opgeslagen, kunnen
soms niet worden verzonden in een multimediabericht.
GPS-info weergeven — Selecteer
Aan
als er locatie-informatie beschikbaar is, om deze
informatie aan de opgenomen videoclip toe te voegen.
Geluidsopname — Selecteer
Dempen
als u geen geluid wilt opnemen.
Toevoegen aan album — Definiëren in welk album de opgenomen video's worden
opgeslagen.
Opgenomen video tonen — Het eerste frame van de opgenomen videoclip bekijken
na de opname. Als u de hele videoclip wilt bekijken, selecteert u
Afspelen
op de
werkbalk.
Standaardnaam video — De standaardnaam voor opgenomen videoclips instellen.
Gebruikt geheugen — Kiezen waar de videoclips worden opgeslagen.
Instellingen herstellen — De standaardinstellingen van de camera terugzetten.